IMG-20190616-WA0018
IMG-20190616-WA0018

Els: “Hij keek je echt aan met zo’n blik: ‘wat is er dan, baasje?’”

Algemeen

Els Leidelmeyer (61) is vanaf haar achtste al gek van paarden. Ze heeft leren paardrijden in Wassenaar op een Shetlander. “Je kreeg een hoofdstel en je moest maar een van de pony’s gaan vangen in het weiland. Daarna kreeg je les.” Toen ze daar eenmaal te groot voor was, ging ze op les bij een manege. De hobby om te mennen kwam pas vele jaren later toen ze een eigen paard kocht. Dat was een zacht gezegd, nogal een uitdaging.

Verzorgpony

“Een van mijn vriendinnen had een Welshpony waar ik best veel op reed. Toen ik eenmaal op de middelbare school zat, kreeg ik een verzorgpaard. Dat werd eigenlijk veel spijbelen van school om naar de manege te gaan en tijd door te brengen met de verzorgpony. Ik ging er elke dag heen om de pony te verzorgen. Ik heb jaren mogen genieten van deze pony. Met de geboorte van mijn zonen ben ik er even tussenuit geweest. Maar het bloed begon alweer snel te stromen en ik verlangende weer naar het paardrijden. Er kwamen twee verzorgpaarden op mijn pad en ook toen heb ik jaren plezier gehad.”

Jonge, driekleurige bonte hengst

“In 2011 heb ik mijn eerste eigen paard gekocht. Ik heb altijd gezegd dat ik een Fries wilde, maar ik werd verliefd op de Tinkers. Een van mijn verzorgpaarden was een Tinker en dat was zo’n lieve en rustige merrie waar ik veel relaxte buitenritjes mee heb gemaakt. Zo’n soort paard zocht ik ook voor mijzelf, maar dat heb ik geweten. Het verliep echt even anders dan dat de bedoeling was. We kwamen tijdens onze zoektocht namelijk een hele mooi driekleurige bonte hengst tegen. Hij was drie jaar en had een ondeugende blik.”

Schietgebedjes

“We keken elkaar aan zeiden gelijk ‘ja’. We waren helemaal verliefd op de hengst Shain. Hij was best een lomperik. We moesten hem nog veel leren, onder andere dat hij ons niet omver mocht lopen. Saai was dat niet. We liepen met hem aan een hengstenketting over polderweggetjes. Hij rukte zich vaak los en wij probeerden er altijd achter aan te rennen. Maar dat houd je nog niet eens vijf minuten vol. We hebben veel schietgebedjes gedaan, hopend dat hij niet tegen een auto aan zou knallen. Dan kwamen we buiten adem aan op stal en dan stond meneer daar gewoon gras te eten. Hij keek je echt aan met zo’n blik: ‘wat is er dan, baasje?’

Meteen starten

“We hebben hem laten ruinen en besloten hem voor de wagen te beleren. Het leek mij heel leuk om dat te gaan doen. Dan kon ik hem zowel onder het zadel rijden als met de wagen op pad. Het is een mooie afwisseling. Daarom ben ik ook meteen lid geworden van de menvereniging in Stompwijk en zijn we mee gaan doen met onderlinge wedstrijden. Dressuur was niet helemaal ons ding en vonden we ontzettend lastig, maar daar hebben we ons overheen gezet. We hebben zelfs nog eerste prijzen gewonnen.”

Kibbelen

“In het begin dacht ik dat ik mijn man wel als groom zou gaan gebruiken. Het leek mij leuk om eenzelfde hobby te beoefenen. Helaas, bleek het niet goed te klikken. Als we het parcours liepen dan dacht ik: Ik kijk wel hoe Shain het beste kan draaien op dat moment en eventueel nog wat dingetjes aan te passen. Mijn man was het daar niet altijd mee eens en wilde dan niet meer meedoen. Dan zaten we weer eens te kibbelen op de wagen. Het publiek moest dan wel lachen om ons.”

Adem in en adem uit

“Daar ging mijn droom, maar gelukkig kon ik een andere groom op stal vinden. Daar heb ik het een paar jaar heel gezellig mee gehad en veel competities mee mogen rijden. Later ben ik samen met mijn vriendin Joep gaan rijden. Zij stond dan achterop en ik zat daar met zenuwen in mijn maag. ‘Adem in en adem uit, Els’, riep ze altijd. We hadden een hele fijne samenwerking, want een hindernis die ik niet goed wist hoe te nemen, dat wist zij wel. En andersom natuurlijk ook.”

Koffiestop

“Inmiddels hebben we een stacaravan in Ede gekocht en hebben we vlakbij bij onze familie Shain kunnen stallen. Vanuit daar reden we naar de Grinkelse heide en kunnen we rustig ons rondje doen op de Veluwe. We maakten vaak een koffiestop bij het theehuis Mossel. Shain kon in een stal staan met hooi en daarna gingen we weer verder de heide ontdekken. In de winter was het theehuis gesloten en dan kregen we Shain er met geen mogelijkheid langs, want hij wist dat hij anders altijd pauze had. Volgens mij heeft dat iets te maken met het hebben van een eigen wil. We hebben dit ruim zeven jaar gedaan.”

Boerderij van onze dromen

“Mijn man ging op zoek naar boerderij of huis waar de paarden konden staan. Dat was onze droom en na een zoektocht van twee jaar was daar opeens de boerderij van onze dromen in de Achterhoek. We moesten veel opknappen en klussen, maar het is daar heerlijk wakker worden. Het is rustig en met velde paden en weggetjes om te mennen. De paarden staan voor mijn slaapkamerraam. Ik sta vaak even voor het openstaande raam om naar ze te kijken. Toen we hier kwamen wonen, heb ik mijn oude verzorgpony Sissy ook overgenomen.”

Shetlander Sam

“Ondertussen is Shain naar vrienden van mij gegaan. Hij was toch te sterk voor mij en mijn artrose handen. Hij staat maar vijftien minuten hier vandaan en ik zie hem nog regelmatig. Sissy kon niet alleen staan dus kwam Shetlander Sam hier te staan. Ik heb een sulky gekocht en het voorbereidende werk gedaan om ook met Sam te gaan mennen. Hij is uiteindelijk ingespannen door onze buurman en zo gingen we op pad. Het ging heel voorspoedig en dan begin je te denken dat een tweespan ook wel heel erg leuk kan zijn.”

Weer tijd voor een wedstrijd

“We kwamen Kareltje tegen en die staat nu ook bij ons. We hebben hem voor de wagen beleerd. Kareltje is wat schrikkerig aangelegd, maar Sam trekt hem goed mee. Het is nu denk ik tijd om eens te beginnen aan een wedstrijdje nu het ook weer kan en mag in verband met corona. We zijn al flink aan het oefenen geweest en zijn lid geworden van een menvereniging in de buurt. We hopen hier nog vele leuke en gezellige wedstrijden en buitenritten te kunnen gaan rijden.” Tekst: Rianne de Bruin
IMG-20190616-WA0018
IMG-20190616-WA0018