Overgangen rijden
Kim krijgt de opdracht om wat overgangen te maken naar de stap, aangezien deze een belangrijk onderdeel vormen van de dressuurproef. “Gebruik je stem daarbij, een lichte ophouding en rem de wagen zachtjes. Op het moment dat je ziet dat je paard gaat stappen, sta je de leidsels iets toe. Als jij hetzelfde contact blijft vasthouden dan komt je paard te veel terug. In stap wordt een paard altijd langer. Je moet steeds proberen om een vloeiende overgang te maken en dat doe je dus door in de eerste stappas je hand naar voren toe te staan. Niet je paard losgooien, maar wel verlengen. De overgang naar draf maak je vervolgens weer lekker vlot naar voren, waarbij ze goed op je stem moet reageren. In draf maakt het paard zich weer iets korter, dus dan verkort je de leidsels weer. Dat moet je echter wel zo minimaal doen dat in principe niemand dat ziet. Dat doe jij al heel goed door in stap je handen meer naar voren te plaatsen en ze in draf weer meer naar je toe te halen.”