Afbeelding

Patrick Wormgoor

Op 18 juni vond het Kampioenschap voor mendistrict Oost plaats. Daar wist Patrick Wormgoor een ticket voor de Hippiade te bemachtigen met New Challenge Rhoswen. Heel bijzonder, want de opvallende merrie was niet zijn eerste keuze!

1 Hoe ben je terecht gekomen tussen de pony’s?

Mijn ouders hebben vanaf dat ik me kan herinneren pony’s gehad, Welshpony’s. Het verhaal gaat dat ik eerder ‘pony’ kon zeggen dan ‘papa’ of ‘mama’. Mijn vader is opgegroeid tussen de tuigpaarden. Zijn latere baas had Welshpony’s. Mijn vader heeft toen zijn hart verloren aan die Welshjes en ik ben gevolgd. Ook ik vind dat de leukste pony’s. Daarom heb ik er ook meerdere van.

2 Er is onder de Welshpony’s heel wat onderscheid. Best ingewikkeld toch?

Dat valt wel mee, je hebt de Welsh Mountain, de kleinste rasvertegenwoordigers. Dat zijn chique pony’s met goede bewegingen, ondergebracht in de Sectie A met een maximale stokmaat van 1.22 m. Vervolgens de iets grotere en daardoor meer als rijpony geschikte Sectie B. Daarna komt de sectie C, een stoere pony met breedte en diepte in het lichaam, veel front en bewegingen met knieheffing, maar nog steeds een echte pony. Vervolgens de sectie D ofwel de Cob Pony. Eigenlijk hetzelfde als de sectie C, maar met een hogere stokmaat. Daarnaast hebben we nog de sectie NWR en de WPBR, de rijpony’s binnen het stamboek . Zelf men ik de laatste jaren met de Sectie C pony’s vanwege hun power, uitstraling, beweging en ponymaat.

3 Wat trekt je aan in de Welshpony’s?

Elk ras heeft natuurlijk voor- en nadelen, maar voor mij is de Welsh een complete pony. Aan het uiterlijk kan zelfs bij wijze van spreken een blinde zien dat het een Welshpony betreft. Ze kunnen goed bewegen, altijd met expressie en afdruk, en ze lopen vanzelf in een mooie houding. Daarnaast zijn ze pittig en hebben ze veel vechtlust. Pony’s van andere rassen schikken zich vaak makkelijker in hun rol. Welshjes zijn zeker geen dooie dienders en je moet een echte klik met ze hebben, willen ze hun best voor je doen. Maar heb je die klik, dan kun je geen betere sportpony vinden!

4 Wat doe je zoal met je pony’s?

Ik heb samen met mijn partner Ellen Lievestro een eigen stal, genaamd New Challenge. Alle door mij gefokte pony’s krijgen de naam van de stal voor hun roepnaam. Dat fungeert als een soort achternaam en iedereen weet meteen waar de pony’s vandaan komen. Op jaarbasis fok ik tussen de vier en de zeven veulens. Er is veel vraag naar goede pony’s, om op of mee te rijden. Om te kunnen fokken, moet ik natuurlijk ook verkopen. Maar heel eerlijk, als bij ons leken of mensen met weinig ‘ponyervaring’ een pony willen kopen en ik zie dat het niet klikt met de aangeboden pony, dan zal ik ze hem of haar zeker niet aanbevelen.

5 Vind je fokkerij leuk?

Geweldig leuk om te doen, om te kijken of je verwachtingen uitkomen als een veulen eenmaal geboren is. We fokken onze pony’s volgens de oude rasbeschrijving en naar persoonlijk inzicht. Op de keuringen doen wij meestal heel goed mee en hebben al meerdere hengsten in de verschillende secties goedgekeurd gekregen. Maar rasfokkerij is geen sportfokkerij. De kunst is om het beste voor die twee werelden te fokken; de sport kan niet zonder de fokkerij en omgekeerd ook niet. We hebben elkaar nodig. In de fokkerij heb ik een doel voor ogen, presteren op de wedstrijd is het eindpunt, maar uit het opleiden en de weg erheen haal ik enorm veel voldoening. Mijn motto is: ‘Work in silence and let succes make the noise!’

6 Je topper Rhoswen heb je ook zelf gefokt?

Zeven jaar geleden liet ik een merrie dekken. Zij wilde maar niet drachtig worden van de desbetreffende hengst. We hebben er toen voor gekozen om onze andere sectie C-merrie Taincwm Heledd door dezelfde hengst te laten dekken. Heledd was al wel wat op leeftijd en in de winter raakte ze om onverklaarbare reden heel erg hoefbevangen. Ze wilde alleen maar liggen en niet lopen. Dat was voor ons het moment om afscheid te nemen, want pijn laten lijden was geen optie. Ervan uitgaande dat ze niet drachtig was, gingen we naar de dierenarts om haar in te laten slapen. Ik vroeg hem of hij voor de zekerheid toch nog even wilde checken en toen bleek ze toch drachtig! De hele daarop volgende winter kreeg ze bloedverdunners, pijnstillers en wilgenteentakken. In het voorjaar kwam, gezond en wel, New Challenge Rhoswen ter wereld. Overigens leeft Heledd nog steeds en geniet hier van een mooie oude dag.

7 En toen? 

Rhoswen werd geboren met vier hoge witte benen, een wit hoofd met twee maanogen en een witte vlek onder haar buik. Vanaf dag één was ze een opvallende verschijning. Ze is twee jaar in de opfok geweest. Als driejarige is ze klaargemaakt voor de keuring. In Tolbert werd ze reserve dagkampioen en tijdens de Centrale Keuring in Kootwijk mocht ze opstellen als tweede van Nederland. Overigens was ze als veulen ook al succesvol op de verschillende veulenkeuringen. Later won ze nog op diverse Engelse shows. Als vierjarige heb ik haar uitgeleend aan een meisje uit Friesland. Deze Noor van Vliet heeft, samen met haar moeder, Rhoswen keurig opgeleid onder het zadel voor verschillende disciplines.

8 Wanneer kwam ze weer naar huis?

Vanwege corona waren er weinig mogelijkheden om Rhoswen officieel te starten en zo werden er voornamelijk onderlinge en oefenwedstrijden gereden. Als vijfjarige kwam Rhoswen weer naar huis. Inmiddels was ze ook moeder geworden van een heel apart zwart WPBR-veulen. Intussen was ik op zoek naar een opvolger voor mijn menpony Soef. Hij kreeg namelijk last van een aangeboren afwijking wat presteren op niveau onmogelijk maakte. Een opvolger vinden viel niet mee, want qua pony’s ben ik best wel verwend. Ik wilde perse iets opvallends, moois en goeds voor de wagen. In de praktijk had ik helemaal geen klik met de aangeboden pony of er werden exorbitante prijzen voor hele gewone pony’s gevraagd. Op gegeven moment zei ik tegen mijn vriendin: ‘Misschien moeten we Rhoswen een kans geven.’ Vrij snel daarna heb ik Marijke Hammink opgebeld, want ik had zelf niet de ruimte en de tijd om Rhoswen voor de wagen te beleren. Gelukkig had zij dat wel. Binnen een week liep Rhoswen al voor de wagen alsof ze nooit anders had gedaan. Marijke zei: ‘Jij hoeft niet verder te zoeken naar een goede pony, want die heb je al met haar!’

9 Zij sloeg de spijker op de kop?

Thuis ben ik verder met haar gaan knutselen en dat pakte ze vanaf de eerste dag heel goed op. Ook ging ik opnieuw lessen bij Richard Becker. Hij is altijd mijn goeroe op mengebied geweest. Hij triggert mij om heel goed na te denken over dingen, die ik doe of juist niet. Rhoswen en ik zijn nu net begonnen met de wedstrijden. In Eefde maakten we op 11 juni een droomdebuut; we wonnen zowel de beide dressuurproeven in de klasse B als beide vaardigheidsparcoursen in de klasse L. Om meer ervaring op te doen en haar kennis te laten maken met een andere accommodatie, deden we een week later in Putten mee aan het Kampioenschap van mendistrict Oost. De dressuurproef daar ging gewoon super; vanaf het losrijden tot het afgroeten. Hiermee werden we dan ook tweede en kregen een ticket voor de Hippiade.

10 En nu?

Ik heb me destijds met Soef wel geplaatst voor de vaardigheid op de Hippiade, maar nog nooit voor de dressuur. Mooi om nu met Rhoswen te mogen. In dit eerste jaar wil ik alleen dressuur en vaardigheid met haar rijden, daarna zie ik wel verder. Misschien ook wel weer samengesteld, want Rhoswen heeft onder het zadel al laten zien dat ze beschikt over het hart van een leeuw. Wie weet gaan we ook nog wel wat authentieke ritten rijden met Rhoswen mocht ze passen voor onze Engelse tweewieler uit 1912. Ze heeft al laten zien zeer allround te zijn dus wellicht is dit ook wel wat voor haar. Opvallen zal ze zeker!

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding