Afbeelding
SABINE TIMMAN

Bochten oefenen

De buiging in een tweespan is vaak het moeilijkste punt, vertelt Melanie. “Pak maar eens een rechtsomkeert mee. Niet te klein, het gaat hierbij om het buigen. Begrenzen met je buitenhand en de buitenpony bijdrijven. Niet je binnenpony overbuigen en te veel willen sturen. Houd het op je buitenhand. Veel mensen gaan al snel te veel aan de binnenleidsel trekken, maar je hoeft eigenlijk alleen de volte in te zetten en de rest gaat vanzelf. Dan maak je ook een linksomkeert. Drijf je buitenpony van binnen naar buiten met je zweep en op het moment dat je recht komt en je een nieuwe buiging pakt, de andere kant op. Dan doe je dit voor je buitenpony op dat moment. Dit is enorm belangrijk, want als je binnenpony te vlug loopt dan houdt de buitenste het niet meer bij zeker niet als je bochten kleiner worden. Niet denken, dat je naar voren wilt en daarom gaan drijven met je stem. Maak je buitenpony maar stoerder door je zweep aan te leggen, want dan heb je het juiste effect. Dit is een goede oefening voor je voorbereiding, want elke bocht die je rijdt, moet je opnieuw je buitenpony oprijden. Pak ook maar eens een slangenvolte mee, dan heb je nog meer bochtjes achter elkaar.”

Afbeelding