Hoe houd je je sobere ras in (sport)conditie?
Verzorging OpvallendSobere rassen zoals Haflingers, Fjorden en Shetlanders, komen van oorsprong uit gebieden waar de natuurlijk en de omstandigheden sober zijn: koud, guur en soms ook nat: afzien dus! Het gras in deze gebieden bevat weinig voedingswaarde. De paarden en pony’s uit een dergelijke regio zijn ingesteld op een sober rantsoen; ze hebben relatief weinig nodig om te overleven. Hoe kun je deze rassen het beste voeren in ons Hollandse klimaat zonder dat ze te dik worden?
Vezelrijk ruwvoer
Ruwvoer bevat voornamelijk vezels. Dat is precies waar een sober paard op ingesteld is; zij kunnen ruwvoer nog efficiënter verteren dan andere rassen en kunnen hier dus meer energie uit halen. Voor de darmgezondheid en een verzadigd gevoel is het belangrijk om de darmen gevuld te houden met ruwvoer.
Energiearm
Zetmeel is een geconcentreerde bron van energie en dat is nu net waar een sober paard vaak een probleem mee heeft. Omdat deze rassen zijn gebouwd op het verteren van energiearm voer, kan hun lichaam een groot aanbod van zetmeel moeilijk verwerken. Dit heeft onder andere te maken met de hoeveelheid verteringsenzymen die nodig zijn om het zetmeel te verteren; een sober paard maakt van nature weinig van deze enzymen aan. Krachtvoer met veel granen en granenmixen zijn bronnen van zetmeel die bij sobere rassen vermeden of slechts met mate gebruikt moeten worden.
Minder energie nodig
Sobere rassen hebben misschien minder energie nodig; de behoefte aan vitamines en mineralen is nagenoeg hetzelfde als die van ieder ander ras. Wanneer een sober paard voornamelijk of zelfs alleen maar ruwvoer krijgt, kan het zijn dat er tekorten of overschotten van bepaalde voedingsstoffen ontstaan.
Insulineresistentie en hoefbevangenheid
Een ruwvoeranalyse laat zien wat er in het ruwvoer zit, en een supplement of graanvrij/graanarm krachtvoer kan scheve verhoudingen of tekorten in het rantsoen verhelpen. Sobere rassen zijn over het algemeen gevoeliger voor het ontwikkelen van stofwisselingsziektes, zoals insulineresistentie en hoefbevangenheid. Om dit te voorkomen, is extra aandacht voor het rantsoen en lichaamsbeweging nodig.
Bron: Hoefslag
