Rugproblemen: een onderschat aspect

Om te bekijken of er sprake is van problemen vanuit de wervelkolom is een goed klinisch onderzoek (lichamelijk) belangrijk. 

Rugproblemen bij het paard

Een klacht van de ruiter of menner over zijn paard is vaak niet meteen duidelijk te herleiden naar een specifiek probleemgebied. Een rugprobleem is vaak een gevolg van een onderliggende kreupelheid, maar dit kan ook andersom zo zijn. Een beperking in de beweeglijkheid van de wervelkolom kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van een val (trauma), overbelasting, een slecht passend zadel of tuig, verkeerde beenstand en/of scheefheid, e.d. 

De paardenarts zal moeten uitzoeken waar de problemen liggen door middel van een goede anamnese (ziektegeschiedenis), kreupelheidsonderzoek en eventueel aanvullend röntgenologisch en/of echografisch onderzoek. Als blijkt dat er geen ernstige afwijkingen zijn, kan er een chiropractische behandeling worden gestart.

Wat houdt chiropractie in?

Chiropractie is een zeer specifieke methode die zich bezighoudt met de preventie, diagnostiek en behandeling van stoornissen uit de wervelkolom en het bewegingsapparaat. Belangrijk binnen de chiropractie is dat het paardenlichaam als een samenhangend geheel wordt bekeken (holistische benadering). 

Het doel van chiropractie is het verbeteren van het prestatievermogen, preventie van blessures en het verbeteren van de algehele conditie. Chiropractie is daarbij geen vervanging van de reguliere geneeskunde, maar kan een aanvulling daarop zijn. Een goede samenwerking tussen paardenarts en chiropractor is daarom noodzakelijk. 

Wanneer komt de chiropractor in beeld? 

Je dierenarts kan je een doorverwijzing geven naar een chiropractor. Andere redenen voor een chiropractisch consult kunnen zijn:

1. Acute/chronische problemen 

Bijvoorbeeld: artrose, ontsteking van gewrichtsvloeistof en/of binnenbekleding van een gewricht (synovitis), een verhoogoede gevoeligheid voor spierbevangenheid, coördinatievermindering, peesproblemen, en dergelijke.

2. Technische problemen tijdens het mennen of rijden

Bijvoorbeeld: stijfheid, weigering voor de hindernis, hoofd kantelen, bit vastpakken, moeite met aanleuning, doorgalopperen en/of specifieke oefeningen, en dergelijke.

3. Overgevoeligheid en/of pijnreactie bij aanraking 

Bijvoorbeeld: onrust bij het poetsen, opzadelen of inspannen en/of aansingelen, en dergelijke.

Diagnose 

In samenhang met de (ziekte)geschiedenis van het paard en de klacht, kan de chiropractor het paard observeren in rust en tijdens beweging om te bekijken waar de beweeglijkheid in de wervelkolom verminderd is. Ook zal door middel van palpatie (afvoelen) gezocht worden naar warmteverschillen, spierspanning en/of pijnlijkheden. 

Behandeling door chiropractor

Aanvullend zal de chiropractor met speciale technieken de daadwerkelijke beweeglijkheid van afzonderlijke wervels testen, waarna tot behandeling kan worden overgegaan. Deze bestaat o.a. uit het mobiliseren (losmaken) van spieren, banden en gewrichten. 

Het daadwerkelijk manipuleren van een gewricht kan door een korte beweging met hoge snelheid in de richting van het gewrichtsvlak, wat soms gepaard gaat met een klein ‘plop’ geluid, veroorzaakt door lucht die uit het gewricht ontsnapt. Het betreffende gewricht is na manipulatie vaak weer terug in zijn normale beweeglijkheid. Ook wordt er een ontspannend effect bereikt via het zenuwstel. 

Bron: De Hoefslag